Het kabinet wil met een pakket van maatregelen de rechtsbijstand via NCNP aanpassen. Op Prinsjesdag zijn de wetsvoorstellen ingediend bij de Tweede kamer. De voorstellen zijn onderdeel van het pakket Belastingplan 2024. De maatregelen zijn opgenomen in het wetsvoorstel Wet herwaardering proceskostenvergoedingen WOZ en bpm. Als de Tweede en Eerste Kamer de voorstellen goedkeuren, dan zal dit vanaf 1 januari 2024 in werking treden.
Het voorstel dat is ingediend bestaat uit een aantal punten:
- De proceskostenvergoeding in WOZ-procedures moet met driekwart worden teruggebracht, dus maal factor 0,25. Indien bureaus in het gelijk worden gesteld, dan staat hier de lagere vergoeding tegenover, welke meer in lijn ligt met de bestede tijd. Wanneer de bezwaarmaker in het gelijk wordt gesteld wordt de vergoeding vastgesteld op factor 0,10 van wat het nu is. Hiermee wordt getracht de proceskostenvergoeding meer in lijn te brengen met de bestede tijd.
- De proceskostenvergoeding zal niet meer worden uitbetaald aan het bureau maar in plaats daarvan rechtstreeks aan de belanghebbende. Met deze maatregel wordt voorzien in het geven van inzicht aan belanghebbenden in de vergoeding die wordt gegeven aan NCNP bureaus met als doel om meer bezwaren particulier in te laten dienen, zonder tussenkomst van een bureau. Het gaat naast de proceskosten ook om immateriële schadevergoeding, dwangsommen, griffierecht en teveel betaalde belasting.
- In het geval van immateriële schadevergoeding wordt er momenteel een uitkering gedaan van € 500,-, indien de gemeente of de rechter niet binnen redelijke termijn een uitspraak doet. Er is dit jaar al enige rechtspraak geweest waar rechters de kostenvergoeding hiervoor hebben gesteld op € 50,- en het voorstel is om dit definitief vast te stellen. Het gaat dan om een vergoeding van € 50,- per half jaar. Bijzondere omstandigheden blijven wel apart beoordeeld.
In de loop van 2024 zal er naar waarschijnlijkheid een tweede pakket van maatregelen worden ingediend en hierover zal later meer duidelijk worden. De punten hierbinnen worden momenteel verder verkend. Het bestaat uit de volgende punten:
- Er wordt overwogen om de informele bezwaarfase verplicht te stellen voor gemeenten. Er zijn al veel uitvoeringsorganisaties die dit middel hanteren maar er wordt verondersteld dat hier nog winst te behalen valt. Het idee is dat hierdoor meer belanghebbenden in rechtstreeks contact komen met gemeenten en het bijkomend voordeel is dat het formele traject kan worden vermeden.
- Ook wordt gekeken of er mogelijkheden zijn om de proceskostenvergoeding niet toe te kennen indien er slechts een klein verschil in de waarde optreedt.
De eerstvolgende mijlpaal in dit traject is de stemming op de wetsvoorstellen door de Tweede kamer. Dit vindt plaats op 26 oktober 2023. Bij aanname zal de Eerste kamer vervolgens gaan stemmen op 12 december 2023, waarna bij aanname de wetten dus per 1 januari 2024 in werking zullen treden.
Als de wetten worden aangenomen kunnen er enkele scenario’s optreden. Hierbij denken wij aan het volgende:
- NCNP bureaus zullen misschien noodgedwongen moeten inzetten op nog verdere automatisering van hun processen. Mogelijk zullen NCNP bureaus minder personeel aanhouden als gevolg hiervan. Het valt te verwachten dat NCNP bureaus meer in zullen zetten op marketing. Wellicht zal het bestaansrecht van de kleine bureaus, die niet mee kunnen in de benodigde automatiseringsslagen, afnemen. Mogelijk zullen sommige bureaus ook hun verdienmodel aanpassen naar betalende klanten.
- Desalniettemin zal het bestaansrecht van NCNP bureaus blijven en dat is, alles in overweging nemend, ook zeker een goed ding. In ons land is de beschikbaarheid van rechtsbijstand namelijk een erg belangrijk recht dat zeker behouden moet worden. De voorwaarden waaronder de bureaus kunnen opereren zal echter meer in lijn worden gebracht met de hedendaagse tijd, ten aanzien van de kostenvergoeding.
- Belanghebbenden zullen wellicht vaker rechtstreeks naar de gemeente stappen, indien zij het niet eens zijn met de WOZ-waarde. Hierdoor is er een ongelooflijk belangrijke taak aan gemeenten om belanghebbenden goed op te vangen. Transparant en laagdrempelig contact zijn hierin wederom de sleutelwoorden. Het goed inrichten van bijvoorbeeld het informele traject is hier zeer belangrijk, want als dit door drukte bijvoorbeeld niet goed wordt ingezet kan er een averechts effect optreden. Denkt u hier dus goed over na, zodat uw organisatie deze middelen op de juiste manier inzet. Een andere goede manier om belanghebbenden meer naar de gemeente te trekken is bijvoorbeeld het doen van voormeldingen.
- Wellicht kunnen gemeenten als gevolg van de maatregelen op termijn toe naar een situatie die qua aantallen bezwaren weer meer in lijn ligt met het oude normaal. Dit vergt echter wel een inspanning op gebied van het opwaarderen van het gegevensbestand, de kwaliteit van de taxaties en het terugwinnen van vertrouwen van belanghebbenden. De grootste variabele voor het aantal bezwaren is en blijft nog altijd de marktontwikkeling.
Voor nu is de taak echter om het huidige werk allemaal op te lossen. De laatste aantallen over de voortgang van de bezwaarafhandeling vanuit de oktober inventarisatie zijn nog niet geruststellend:
- Op 1 september 2023 stond de teller van verzonden uitspraken op 38,2% van het totaal aantal bezwaren.
- In heel Nederland betekent dit dat er op dat moment nog circa 431.000 uitspraken op bezwaar moeten worden verzonden.
Wij wensen alle gemeenten succes met uitvoeren van de werkzaamheden naar het einde van het jaar en houden de ontwikkelingen rondom de wetsvoorstellen nauw bij. En natuurlijk denken wij met u mee in oplossingen.